Kennisbank

Hoe verhoog je de betrouwbaarheid van het schoolexamen?

Themablogs examencommissie vo

Door Jaap Brunnekreef, adviseur leren & toetsen én trainer bij Teelen

De Wet Voortgezet Onderwijs (WVO) 2020 is er duidelijk over: examencommissies in het vo zijn bevoegd om richtlijnen en aanwijzingen vast te stellen om te komen tot een beoordeling van schoolexamens (art. 2.60e lid 1d). De praktijk blijkt echter weerbarstig. In mijn trainingen merk ik dat weinig scholen deze richtlijnen en aanwijzingen goed hebben uitgewerkt. En dat plaatst ook examencommissies voor een uitdaging. In deze blog bespreek ik welke regels en afspraken examencommissies kunnen opstellen om de betrouwbaarheid van de schoolexamens te verhogen.

Hoe vaak komt het niet voor dat een leerling het gevoel heeft dat hij/zij nou net die ene strenge docent trof en dat een andere docent veel soepeler nakijkt? Om dat gevoel tegen te gaan, kunnen vastgelegde regels en afspraken over de beoordeling van schoolexamens helpen. En dat is precies wat het wetsartikel in de WVO beoogt: een betrouwbaardere beoordeling van schoolexamens. Daarnaast leiden duidelijke regels en afspraken tot meer begrip (bij o.a. leerlingen) over de beoordeling.

Vierogenprincipe

Neem bijvoorbeeld het vierogenprincipe. Dit is belangrijk bij de beoordeling van prestaties waar subjectiviteit een grote rol speelt, zoals een praktijkexamen. De examencommissie kan de regel vaststellen dat een praktijkexamen altijd door twee docenten moet worden beoordeeld. Een ander voorbeeld is het werken met een antwoordmodel bij open vragen in een schriftelijke toets. De examencommissie schrijft dan voor dat er vooraf een antwoord moet zijn geformuleerd. Zo dwingt de examencommissie docenten om van tevoren na te denken over het juiste antwoord en kijken zij de open vragen op dezelfde manier na.

Rubrics

Een ander voorbeeld is het gebruik van rubrics. Door als examencommissie aan te geven dat docenten moeten beoordelen aan de hand van een rubric, wordt de betrouwbaarheid van de beoordeling verhoogd. Docenten kijken dan immers naar hetzelfde item met dezelfde rubric en daarmee met dezelfde beschrijving van wat onvoldoende en wat voldoende is. Zo ontstaat er meer uniformiteit onder docenten over wat een goede of slechte prestatie is.

Draagvlak creëren

De VO-raad heeft een interessante toevoeging gedaan aan het wetartikel (art. 2.60e lid 1d). Er kan onderscheid worden gemaakt tussen een ‘voorgeschreven werkwijze’ en een ‘voorkeurswerkwijze’. Dat maakt nogal wat uit! Als een afspraak nog niet algemeen is geaccepteerd of weerstand oproept, kan de examencommissie deze als ‘voorkeurswerkwijze’ hanteren. Pas wanneer er meer draagvlak is binnen de school, kan zij de ‘voorkeurswerkwijze’ bevorderen tot ‘voorgeschreven werkwijze’. Op deze manier kan de examencommissie stapsgewijs collega’s op één lijn krijgen wat betreft de beoordelingssystematiek.

Wat kunnen examencommissies nog meer doen?

Uiteraard zijn er nog veel meer regels en afspraken te bedenken waarmee de betrouwbaarheid van de schoolexamens wordt verhoogd. Denk bijvoorbeeld aan:

  • Afspraken over hoe het cijfer wordt berekend.
  • Afspraken over hoe de cesuur wordt bepaald.
  • Afspraken over de normering per vraag.
  • Vooraf kalibreren[1] van de beoordeling met de beoordelaars.
  • Regels voor mondelinge schoolexamens.
  • Richtlijnen voor de constructie en evaluatie van het schoolexamen.

Meer weten?

Wil je meer weten over het verhogen van de betrouwbaarheid van de beoordeling van de schoolexamens of onze trainingen, neem dan gerust contact met ons op.

 

[1] Een kalibreersessie is een gezamenlijke bijeenkomst van docenten (beoordeelaars) waarin de beoordeling van een schriftelijk product of een performance van een leerling wordt besproken. Tijdens de bijeenkomst ijken of kalibreren de beoordelaars hun beoordelingen. Het bespreken van de beoordelingen zorgt ervoor dat de beoordelaars meer op één lijn komen met hun beoordelingen.

Ga naar de inhoud